Home » Examen oefeningen » Start pagina F/C examens » Per VRZA Hoofdstuk » Wisselspanning en wisselspanning

Wisselspanning en wisselspanning (10 vragen). Vraag 1 Bij welke schakeling is de spanning tussen de punten P en Q nul? zowel bij 1 als bij 2 uitsluitend bij 2 bij géén van beiden uitsluitend bij 1 Vraag 2 De reactantie van een spoel wordt groter, zowel bij: hogere frequentie als bij grotere zelfinductie hogere frequentie als bij kleinere zelfinductie lagere frequentie als bij kleinere zelfinductie lagere frequentie als bij grotere zelfinductie Vraag 3 De reactantie van een zelfinductie als functie van de frequentie verloopt volgens: Vraag 4 Een spoel met een zelfinductie van 0,25 henry wordt aangesloten op een wisselspanning met een frequentie van 400 Hz. De schijnbare weerstand van de spoel is ongeveer: 1600 Ω 100 Ω 31,4 Ω 628 Ω Vraag 5 Van een spoel is gegeven: L = 0,25 H. Als f = 100 Hz, dan is XL ongeveer: 2400 Ω 150 Ω 600 Ω 1200 Ω